Deze vrolijke Limburgse Amsterdamse is een bekend gezicht op onze club. Ze golft al zo lang dat ze niet precies meer weet wanneer en hoe ze begonnen is. “We zijn ooit eens in de jaren '80 naar Spaarnwoude gereden en hebben het daar geleerd en de smaak te pakken gekregen. Het golfvaardigheidsbewijs bestond toen nog niet”. Haar vader en moeder golfden al, dus ze hoorde er thuis wel over.
In een vorig leven studeerde ze Frans, was docente op middelbare scholen en werkte later als taaltrainer Frans bij de KLM. Daar leerde ze het vliegend personeel die mooie taal spreken.
Ze is al vijftien jaar enthousiast lid van de ReHaCo, de Regel & Handicap Commissie en is gediplomeerd Regelcommissaris. Daar heeft ze een intensieve NGF-cursus voor gevolgd en examen in gedaan. “Ik schreef vroeger ook stukjes over de golfregels met als titel In de Regel(s). Ik heb er heel wat geschreven. Het ging altijd over hoe je de regels op onze baan toepast. Ik kan het misschien weer eens oppakken.”
1. Wat vind je zo leuk aan golfen? “Het is een concentratiesport. Iedere keer moet je scherp zijn. Als je even aan iets anders denkt, gaat het fout. Je speelt vooral tegen jezelf en mét anderen. Het sociale is natuurlijk ook belangrijk. Je bent zo’n drieënhalf uur bezig en dat is heel goed voor je conditie. Ik heb laatst nog in de NRC gelezen hoe goed lange en langzame inspanning voor je lichaam is, veel beter dan kort en explosief.”
2. Hoe ben je hier lid geworden? “Mijn man Rob en ik speelden bij Golfclub Olympus op Sportpark Overamstel bij de Utrechtsebrug in Amsterdam. Olympus moest het terrein verlaten omdat de politieschool de grond nodig had. Ze gingen een nieuwe golfbaan aanleggen op De Hoge Dijk bij het AMC. We waren toen even zonder club. In die tijd zagen we toevallig bij de Bonnetterie op het Rokin een poster hangen van de Zaanse Golf Club in oprichting. Wij fietsten er nieuwsgierig naar toe en zijn meteen lid geworden. Dat was in 1988, inmiddels alweer 34 jaar geleden. We zijn dus leden van het eerste uur.”
3. Hoe vaak ben je op de Zaanse Golfclub te vinden? “Gemiddeld drie keer per week. In de zomer met mooi weer gaan we wel vaker. Soms doe ik aan clubwedstrijden mee. Ik heb ook twintig jaar competitie gespeeld, maar 36 holes op één dag vind ik nu te veel.
Wij vinden het heerlijk om vroeg te starten en hebben de gewoonte om zonder ontbijt van huis te gaan. Rob neemt zijn Wagon-Lits mee, zo noemen we zijn draagtasje waar koffie en het ontbijt in zit. Op hole 7 eten we altijd een gekookt eitje en drinken een kop koffie. In alle stilte want je ziet geen mens, alleen haasjes, eenden en scholeksters. Op hole 10 drinken we vaak een tweede kopje en op hole 12 eten we een boterham.
Vroeger, als we op een zonnige dag al vroeg 18 holes hadden gelopen, bestelden we in het clubhuis een salade, een broodje, een biertje en een glas rosé. We namen twee stoeltjes mee van het terras en gingen op de pier aan het meer zitten. Heerlijk.
Gisteren sloegen we al om 6.40 uur af. De receptie was nog niet eens open. De koeien stonden met hun poten in de laaghangende mist en op hole 1, 2 en 3 hebben we de bal niet zien landen. Prachtig was het.”
4. Wat moet blijven en wat moet veranderen? “Vernieuwing, daar ben ik wel voor. Ik vind het fijn als er nieuwe mensen komen. Ik zie ook voor het eerst jonge meisjes spelen. En het wordt hier alsmaar mooier op en rond de baan.
De ouderwetse gezelligheid, het clubgevoel moet blijven. Dat moeten we vooral koesteren. De leuke clubwedstrijden die een hele zondag duren met een barbecue na afloop. Vroeger waren er elk zomerseizoen tientallen wedstrijden. Dan is het hier één grote vriendenclub. Ik vind eigenlijk dat de eigenaren de clubwedstrijden meer mogen stimuleren. Ik heb er in de maand juli drie gespeeld, de Van der Woudewedstrijd, De Klinkenbergcup en de Winksystrofee.”
5. Wat is het leukste dat je hier hebt meegemaakt? “In 2011 ter gelegenheid van de uitbreiding van 9 naar 18 holes, hadden we met alle leden een feestweek, ONE UP genaamd. Een week met iedere dag een wedstrijd, borrels en etentjes. De feestweek werd afgesloten met een knallend feest waar op de muziek volop gedanst werd. Dat was echt fantastisch.
Ik sloeg in 2016 tijdens het Zaans Open de neary op hole 14. Ik won een driegangendiner met wijnarrangement voor twee in het chique restaurant De Hoop op d’Swarte Walvis. Geweldig! We hebben genoten.”
6. Vertel eens iets verrassends over jezelf wat de leden nog niet van je weten? “Wij kwamen in 1972 naar Amsterdam om er te gaan studeren. In 1974 huurden we een studentenkamer op de Weteringschans, een prachtige plek en daar wonen we nog steeds en dat al bijna 48 jaar. Het is 4-hoog en 80 treden op. We hebben weinig lawaai van de straat. Met een balkon op het zuiden is het heel licht. Ik speel piano en kan dat vrijuit doen zonder dat iemand er last van heeft. Wij moeten wel fit blijven om die vier trappen te kunnen blijven beklimmen.”
7. Wat is je favoriete hole? “Hole 11 vind ik de mooiste. Dat prachtige uitzicht boven aan de dijk. Ik geniet daar elke keer weer van. Uitkijkend over het polderland zie je Purmerend in de verte liggen. De koeien lachen je toe als je de bal op de green slaat. Die speel ik altijd met groot plezier.”
|